Tegenwoordig heet iedereen Sorry – Lessuggesties 2019

Bij Tegenwoordig heet iedereen Sorry, genomineerd voor de Woutertje Pieterse Prijs 2019, is onderstaand lesmateriaal ontwikkeld door Lieke van Duin en Jos van Hest. Er is ook een pdf beschikbaar.

Tegenwoordig heet iedereen Sorry
Bart Moeyaert
Querido, 2018

Inhoud

  • Boek
  • Leeftijd en (voor-)lezen
  • Praten
  • Doen
  • Groepsgesprek
  • Voor wie meer van Bart Moeyaert wil lezen

Boek

Al decennia lang is Bart Moeyaert een meester in het schilderen van intieme, heftige gezinsdrama’s in sobere, trefzekere taal, met een scherp oog voor de gevoeligheden en psychologische ontwikkeling van de hoofdpersonen. Dat laat hij opnieuw zien in Tegenwoordig heet iedereen Sorry. Hoofdpersoon Bianca is een meisje van een jaar of twaalf dat met broertje Alan, negen jaar, bij haar moeder woont en in het weekend naar haar vader met zijn Cruz gaat. Vader wil haar nog maar eens per twee of drie weken hebben, want hij vindt haar onhandelbaar. Moeder noemt haar eufemistisch een meisje met een gebruiksaanwijzing.

Meteen in het begin is de situatie duidelijk: broertje Alan heeft drie hartoperaties ondergaan en Bianca doet daar laconiek over: Er is al drie keer in zijn borst gesneden, maar het ziet eruit als één keer, en hij leeft nog.

In zestig kleine hoofdstukjes vanuit het perspectief van Bianca wordt langzaamaan duidelijk waarom ze zo ‘onhandelbaar’ is: ze is verdrietig over de scheiding van haar ouders, en doordat haar broertje hartpatiënt is, krijgt zij veel minder aandacht. Haar broertje wordt in haar optiek zelfs verwend en maakt misbruik van zijn handicap: Mij houdt hij niet voor de gek. Hij doet alles voor een zak snoep of een rol Oreo. Zo meteen krijgt hij zijn zin, wat hij ook vraagt.

Bianca kijkt kritisch naar haar broertje en haar moeder, naar Cruz, de Spaanse vriendin van haar vader, en naar zichzelf. Maar ze is ook kwetsbaar. Als ze boos is, trekt ze zich terug op haar geheime plek, een omheind stukje grond tussen hun eigen tuin en die van de buren, waarvan niemand weet dat het er is.(…) Niemand weet waar ik ben. Zolang ik hier zit, ben ik nergens. Ze heeft er een plastic doos met wat fotoboekjes, potloden en een schriftje. Soms schrijf ik een paar zinnetjes, hoe ik me voel. Uit fotoboeken van haar moeder knipt ze zichzelf weg.

Bianca is fan van de t.v.-soapserie Hier bij ons, en vooral van het personage Ilona, die in de serie achter de bar van een café staat. Die middag komt Ilona, in het echt Billie King, haar zoontje Jazz brengen om met Alan te spelen. Als Billie aan Bianca vraagt hoe ze heet, zegt ze: Perdón, want Billie heeft ook een andere naam. Bianca is gefascineerd door Billie en vindt haar in het echt veel rustiger dan in de serie. Omgekeerd heeft Billie echte aandacht voor Bianca: ze noemt haar een merkwaardig meisje: ‘Merkwaardig betekent: de moeite waard. De moeite waard betekent: belangrijk..’ Die waardering is precies wat Bianca nodig heeft. Ten slotte kan ze niet alleen Perdón schrijven op een tekening voor Cruz – Ik heb haar al te lang het leven zuur gemaakt–  maar ook Sorryop haar moeders doos met foto’s waaruit ze zichzelf heeft weggeknipt.

Het hele boek speelt zich af op één zomerse zaterdagmiddag en op één locatie: in (en bij) het huis van Bianca’s moeder. Door deze klassieke eenheid van tijd, plaats en handeling zou het als basis voor een toneelstuk kunnen dienen. Het verhaal gaat ook mede over toneel en acteren: Bianca’s moeder zit op toneelles en Alan speelt dat hij flauwvalt – waarna hij écht flauwvalt doordat hij en Jazz zo druk spelen. Het boek gaat ook over het verschil tussen het echte leven en het leven zoals het in soapseries wordt voorgesteld: In ‘Hier bij ons’ stromen de straten niet over. De bliksem slaat niet in. (…) In het café van Ilona wordt er nooit naar het nieuws op de radio geluisterd. (…) Dat er een vrachtwagen door een winkelstraat vol mensen is gereden. En als Billie wordt opgehaald door haar tegenspeelster met wie ze in de serie altijd ruzie heeft, blijkt die in het echt Billie’s vrouw te zijn, meemoeder van Jazz. Ten slotte gaat het ook over idolen: Bianca is idolaat van Billie, en haar broertje van Jazz, die hij probeert na te doen.

Bart Moeyaert heeft een fijnzinnige stijl van schrijven, bijnain slow motion,zo precies en zorgvuldig – soms bijna als regieaanwijzingen – beschrijft hij bewegingen en handelingen, en ook Bianca’s gedachten en gevoelens.

Leeftijd en (voor-)lezen

Het boek is geschikt voor kinderen vanaf elf jaar. Vooral kinderen die sociaal gevoelig zijn en ervan houden na te denken over zichzelf en hun omgeving zullen zich in Bianca herkennen. Door de korte hoofdstukjes kan het goed in een beperkt aantal sessies voorgelezen worden. 

Lestips Praten

Over het omslag (11+)

De omslag past goed bij het verhaal. De blik van het meisje kan veel betekenen: boos, verdrietig, onderzoekend, bijna afstandelijk. Op de achterkant, waar ze haar ogen dicht heeft, lijkt het of ze naar binnen kijkt, over zichzelf nadenkt.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bekijk samen de portretten op de voor- en achterkant van het boek. Je ziet Bianca, de hoofdpersoon van het boek. Wat is het grote verschil tussen die twee hoofden? Wat vind je leuk aan haar hoofd, wat minder leuk? Welke twee woorden passen het best bij die twee hoofden – kies uit dit lijstje of verzin zelf een woord: nadenkend, verdrietig, zelfbewust, onaardig, kritisch, dromerig, vreemd, onhandelbaar, kwaad, lief, aardig, kwetsbaar, serieus, afstandelijk, onzeker, vermoeid. Met welk portret heb je het meeste binding? Hoe komt dat? Zou de Bianca van deze portretten een vriendin van je kunnen zijn? Waarom (niet)?

Over een kind met gebruiksaanwijzing (11+)

Ik zeg: ‘Ik ben niet onhandelbaar. Ik ben alleen een beetje lastig soms.’ (…)
‘Je weet dat je een meisje met een gebruiksaanwijzing bent en daar hou ik rekening mee.’ (p. 7)  

De vader van Bianca vindt haar onhandelbaar. Volgens haar moeder is ze een meisje met een gebruiksaanwijzing. Bianca vindt zichzelf alleen een beetje lastig soms.

Praat met elkaar over hoe het komt dat er zo verschillend gedacht wordt over Bianca. Wie heeft (het meest) gelijk, denk je? En waarom denk je dat?

Misschien heeft ieder mens wel een gebruiksaanwijzing. Wat is jouw gebruiksaanwijzing? Hoe moeten mensen met jou omgaan? Wat moeten ze doen of juist niet doen als je kwaad bent? En als je verdrietig bent? Of als je je verveelt en je nergens zin in hebt? Het ene kind wil het liefst dit, het andere juist dat. Vertel elkaar over je eigen gebruiksaanwijzing.

Over boos zijn (11+)

Mama zegt graag dat ik op haar lijk, toen zij zo oud was als ik. Ze noemt me graag woest.
(…) Zij smeet vroeger met deuren. Ze trok stoelen omver. Ze vertelt trots dat ze met haar laars een keer een gat in de muur heeft geschopt. Toen zij negen of twaalf was, vloog er wel eens een bord door de kamer. (p. 109)  

Praat met elkaar over wat je doet als je boos bent. Praat over met deuren slaan, iets kapot maken, stampvoeten, schreeuwen, weglopen en andere acties. Helpt het om iets kapot te maken? Zijn dat goede oplossingen of kun je beter iets anders doen? Maar wat dan? Tot tien tellen voordat je reageert? Moet je boosheid altijd uiten of kun je die ook verbergen? Hoe maak je je boosheid kleiner, hoe raak je hem het beste kwijt? Geef elkaar tips.

Over het hebben van een eigen (geheime) plek (11+)

Niemand weet waar ik ben.
(…)
Zolang ik hier zit, ben ik nergens.
Niemand zal me ooit vinden. (p.17)
Laat mij maar met rust.
Ik ga een beetje onhandelbaar zitten zijn op mijn oude stoel. (p.19)
Verder is er een oud koekblik waarin ik fotoboekjes bewaar, en een paar potloden en een schaar en een schriftje waarin ik schrijf of teken. Soms schrijf ik een paar zinnetjes, hoe ik me voel.(p. 20)

Bianca heeft een geheime plek waar ze naartoe gaat als ze boos is of alleen wil zijn. Praat met de kinderen over geheime plekken. Is het fijn om zo’n plek te hebben? Ga je daar ook naartoe als je boos bent, of verdrietig, of als je alleen wilt zijn? Als kinderen geen geheime plek hebben, laat ze er dan een verzinnen, thuis, bij hun opa, op de camping of waar dan ook. Wat zou jij op je geheime plek verstoppen, wat zou je er willen doen?

Over voorgetrokken worden (11+)

  Ik zeg dat ik niet weet waarover ze het heeft. En dat ik haar onredelijk vind. Van Alan heeft ze geen last?
Daarvan moet mijn moeder zuchten.
  ‘Alan is een kind,’ zegt ze. ‘Jij zou verstandiger moeten zijn.’(p. 37)

Voor Bianca is het naar dat haar moeder veel meer aandacht geeft aan haar broer Alan dan aan haar.  Ze voelt zich achtergesteld. Vind je dat Bianca gelijk heeft? Waarom (niet)? Wat voor goede raad heb je voor Bianca?

Praat met elkaar over voorgetrokken worden en je achtergesteld voelen. Heb je daar ervaring mee? Hoe voelt het als een ander kind wordt voorgetrokken? Gebeurt dat soms ook op school? Wat kun je het beste doen als je je achtergesteld voelt?

Over beroemde mensen kennen (11+)

Billie zit in onze woonkamer zichzelf te zijn.
Ze bladert door een tijdschrift waar ze in staat.
Of nee, dat is niet waar. Het interview met haar heb ik er afgelopen woensdag uit geknipt. Ik hou een plakboek bij over ‘Hier bij ons’. (p. 24/25)

Bianca is fan van Billie King, en verbaasd dat ze in het echt heel anders is dan in de soapserie. Hoe belangrijk vind jij het om bekend en beroemd te zijn? Zou je zelf graag beroemd willen zijn? Zou je in een soap als Goede Tijden Slechte Tijdenwillen spelen? Of zou je liever een beroemde vlogger willen zijn?  Welk beroemd mens zou jij bij jou thuis wel eens willen ontmoeten?

Denk je dat het fijn is om beroemd/bekend te zijn? Om op straat herkend te worden? Om steeds om je handtekening gevraagd te worden? Waarom niet? Waarom wel?

Denk je dat Billie uit het verhaal rijk en gelukkig is?

Denk je dat beroemde mensen altijd rijk en gelukkig zijn?

Weet je beroemdheden van wie bekend is dat ze niet gelukkig zijn?

Jouw mening geven (11+)

Mijn mening over Tegenwoordig heet iedereen Sorry van Bart Moeyaert

Naam: ……………………………

Klas: …………………………….

Wat is jouw mening over boek? Vind je het heel erg saai? Zet dan een kruisje in het hokje het dichtst bij saai. Vind je het heel erg spannend? Zet een kruisje in het hokje het dichts bij spannend. Of vind je het boek ergens tussen saai en spannend in? Zet een kruisje in het hokje van jouw keuze.

Het gaat om jouw mening. Een ander kind kan en mag er anders over denken.

Alles ingevuld? Vergelijk dan jouw score met die van een ander kind. Denken jullie heel anders over het boek? Mooi zo! Of komen jullie meningen behoorlijk overeen? Ook goed! Vertel elkaar waarom je juist in dat hokje een kruisje hebt gezet. Je hoeft elkaar niet te overtuigen, alleen naar elkaar te luisteren. En je mag elkaar vragen stellen, bijvoorbeeld: ‘Wát vind je zo herkenbaar?’ of: ‘Welk stukje vind je moeilijk?’.

Lestips Doen

Portretfoto’s maken (11+)

Bekijk de hoofden van Bianca op het omslag. Wat zou ze kunnen denken op het ene en wat op het andere portret? Schrijf die twee denkzinnen op.

Maak een selfie met open ogen terwijl je de ene denkzin denkt, en een selfie met dichte ogen terwijl je de andere denkzin denkt. Of vraag een vriend of vriendin die foto’s van jou te maken. Bekijk elkaars foto’s en bespreek ze.  en Maak een tentoonstelling van de foto’s op het digiboard.

Een zin zeggen op verschillende manieren (11+)

  Ilona zegt dikwijls: ‘Wat betekent dít?’ met de nadruk op dit. Als ze heeft staan luistervinken en er komt onverwacht iemand de kamer binnen of er wordt plotseling een deur opengegooid, zegt ze het weer.

   ‘In hemelsnaam, wat betekent dít?’

   Er is niemand anders die die zin zo goed uitspreekt, met alle letters en alles wat hij kan betekenen.(p.29)

Vraag de kinderen om de zin ‘Wat betekent dít?’ op de Ilona-manier uit te spreken met de nadruk op dít. En met de nadruk op ‘Wat’. Met de nadruk op ‘betékent’.  Met de nadruk op alle woorden. Op een kwade manier. En nog kwader. Op een nieuwsgierige manier. Hoe verandert diezelfde zin elke keer?

Zie ook We zijn allang begonnen maar nu begint het echt van Joke van Leeuwen (1988), waarin ze met een paar geinige tekeningen voorbeelden geeft van het zinnetje Wat is dat hier? (p. 9-10):

Wat is dát hier?

Wát is dat hier?

WatIs dat hier?

Wat ís dat hier!

Vraag de kinderen om in groepjes een scène te spelen die begint met de uitspraak ‘Wat betekent dit?’ of ‘Wat is dat hier?


Jezelf een andere naam geven (11+)

  Billie vraagt hoe ik heet, en ik weet niet wat me bezielt, maar ik doe het toch: ik geef mezelf een andere naam, want hé, Billie heet niet altijd Billie, en Jazz heet waarschijnlijk niet echt Jazz.

  ‘Mooi,’ zegt Billie, als ze de naam hoort die ik mezelf heb gegeven. (…) ‘Perdón is een erg mooie naam.’  (p. 42/44)

Vraag de kinderen om zichzelf een andere naam te geven, een ongebruikelijke voornaam die toch bij hen past. Bedenken, opschrijven, voorlezen en erover vertellen.


Headspinnen (11+)

Rustig, Alan,’ zegt mama.

Rustig gaat niet.

Alan doet Jazz na. Jazz is een cadeau uit de hemel / haha / hij maakt Alan blij. 

Hij springt omhoog en komt weer neer, en in zijn gedachten raakt hij in één beweging de grond achter zijn voeten aan. Hij knipoogt terwijl hij een handstand maakt, op één hand, natuurlijk.

Bijna stoot hij de vingerplant om.

Kijk ze met z’n tweeën eens hakken.

Kijk ze eens spinnen.

Of hoe heet het?’ zegt mama haast buiten adem, als de muziek eindelijk ophoudt.

Headspinnen,’ zegt Jazz.

Dat zag ik,’ zegt Malika.

Fantastisch,’ zegt Billie.

Flauwekul, wil ik zeggen. (p. 93-94)

Een headspin is een term uit de breakdance. Je staat op je hoofd en draait dan rondjes met je benen in de lucht. Kijk naar filmpjes op You Tube om te zien hoe dat gaat. Bijvoorbeeld dit filmpje.

Je kunt het niet zomaar. Je moet er lang op oefenen. Probeer het te leren als je zin hebt en durft. Vraag de gymleraar om hulp.

Als er kinderen zijn die kunnen headspinnen, of op een andere manier breakdancen, organiseer dan een optreden in de gymzaal of op het schoolplein. Maak een filmpje van het optreden. 

Een scène spelen (11+)

 In ‘Hier bij ons’ zou dit een goed moment zijn.

Tot:

Wat een sterk moment zou dat zijn. (p. 91)

Bianca fantaseert dat ze een scène speelt in de soapserie Hier bij ons.

Kopieer bladzijde 91 en vraag de kinderen om groepjes van vijf kinderen te vormen. Ze lezen eerst bladzijde 91, praten daarover, verdelen de rollen en gaan oefenen om de scene vanaf In ‘Hier bij ons’ zou dat een goed moment zijnna te spelen. Eén kind is de regisseur die de leiding neemt, kijkt en aanwijzingen geeft hoe het beter kan; een ander kind speelt de rol van Bianca (of Brian als het een jongen is). De andere kinderen spelen de moeder, Billie en Malika; ook jongens kunnen die rol op zich nemen. Let op de regieaanwijzingen in de tekst zoals Om het spannend te maken laat ik de stilte wegen. Wat gaat Bianca (Brian) zeggen? Het groepje helpt de speler daarbij. Hoe reageren, ieder op een eigen manier, moeder, Billie en Malika op wat ze zien en horen? Het moet een echte soap worden!

Daarna kun je gezamenlijk de scénes spelen en bespreken.

Schrijven met streepjes tussen de woorden (11+)

    Je denkt: dit meisje zal de wereld niet veranderen / dit meisje is gewoon / dit meisje is gewoon niks / dit meisje is gewoon vier keer niks.(p. 79 )

Op zo’n manier denkt Bianca over zichzelf: zo vlug dat er na een streepje weer een andere zin komt en weer een streepje en weer een andere zin en weer. Gedachten gaan soms zo snel.

Vraag de kinderen om ook zo’n zin met drie streepjes te schrijven over zichzelf. Hoe kijk je naar jezelf? Waar droom je van? Waar word je blij of verdrietig van? Waar kun je niet tegen? Het hoeft niet (helemaal) waar te zijn. Soms is het mooi om te overdrijven.

Je denkt: dit meisje (deze jongen) … /  dit meisje (deze jongen) … /  dit meisje (deze jongen) … /  dit meisje (deze jongen).

Een sorrykaartje maken (11+)

   Het woord Sorry schrijven is niet moeilijk. Het woord er mooier laten uitzien dan gewoon maar een woord, dat is lastiger.

  Door het bij te kleuren ende juiste kronkels aan de S en de y toe te voegen, gaat het leven. Ineens lijkt het alsof Sorry een plantje is dat tussen andere bloemen en ander groen groeit.

  Daarna teken ik met potlood schaduwen, dat vind ik het leukst om te doen. (p. 127)

Geef de leerlingen twee blanco correspondentiekaarten en vraag ze daarop het woord Sorry  te schrijven/tekenen. De eerste kaart op de manier zoals Bianca het doet. De andere kaart op een eigen manier.

Bekijk na afloop samen alle kaartjes en stel de kinderen voor dat ze die geven aan of sturen naar iemand die daarvoor in aanmerking komt. Tegen wie in hun omgeving zouden ze Sorry willen zeggen en waarom?

Spreek af dat ze het echt gaan doen en kom er later op terug.

Groepsgesprek

Een goede manier om een kinderboek klassikaal te bespreken is door Aidan Chambers ontwikkeld. Chambers is een Engelse jeugdboekenschrijver – en bron van inspiratie voor Bart Moeyaert – die in 2002 de Hans Christian Andersenprijs kreeg. Hij is ook specialist in leesbevordering en hij beschrijft deze aanpak, ontstaan in de praktijk van de basisschool, in zijn boeken Vertel eens enDe leesomgeving, samengevoegd inLeespraat, Biblion 2012. De Vertel eens-aanpak komt erop neerdat de klas ongeveer drie kwartier over een boek praat naar aanleiding van vragen die de leerkracht stelt. De werkwijze is te gebruiken in de hele basisschool, op het vmbo en in de onderbouw havo/vwo.

De basisvragen van Chambers, die meestal veel reactie ontlokken, zijn dan:

  1. Wat vind je goed aan het boek?
  2. Wat vind je minder goed aan het boek?
  3. Wat vind je moeilijk? Makkelijk? Grappig? Bijzonder? Interessant?
  4. Wat valt je op aan hoehet boek is geschreven en getekend?

Zet de antwoorden van de leerlingen op deze vragen in steekwoorden op het bord. De eerste drie vragen vormen een inleiding tot de laatste vraag, die het belangrijkst is: hoe zit het boek in elkaar?

Als je kinderen leert daarop te letten, gaan ze beter kijken, luisteren en lezen. Dan kunnen ze meer genieten van een boek, en daar gaat het uiteindelijk om. Als ze er eenmaal mee geoefend hebben, dringt een boek beter tot hen door.

Zodra de leerlingen doorhebben dat dát nu stijlkenmerkenzijn, gaan ze die in andere boeken ook herkennen. Soms vinden leerlingen na zo’n bespreking moeilijke aspecten niet moeilijk meer, of vallen hen opeens leuke dingen op die ze eerst niet zagen.

Mogelijke antwoorden van leerlingen op vraag 4:

Qua inhoud

  • Omdat Bianca’s broertje hartpatiënt is, gaat alle aandacht naar hem en krijgt zij bijna geen aandacht. Dat maakt haar boos en zogenaamd onhandelbaar, en trekt ze zich terug.
  • Wel tof als een actrice van de televisie bij je thuis komt.
  • In de t.v.-serie vliegen die twee actrices elkaar in de haren, maar in het echt zijn ze een stel moeders.
  • Groot verschil tussen het echte leven en het leven volgens de t.v.-serie.
  • Bianca bedenkt scènes voor de t.v.-serie.
  • Knap dat Bianca op het eind echt sorry kan zeggen, tegen haar moeder en tegen Cruz.

Qua vorm

  • Zestig korte hoofdstukken.
  • Er staan vaak schuine streepjes tussen de woorden.
  • Mooie omslag: Bianca kijkt boos en verdrietig tegelijk; op de achterkant heeft ze haar ogen dicht, dan denkt ze zeker na.

Tips

  • Er zijn meer vragen mogelijk; ontwikkel als leerkracht daarin je eigen stijl.
  • Alles mag gezegd of opgemerkt worden. Niets is gek of stom.
  • Geef de leerlingen het gevoel dat hun antwoord belangrijk is. Er wordt niet door elkaar heen gepraat. Iedereen luistert naar elkaar.
  • Het boek moet niet te simpel en voorspelbaar zijn, anders zijn de leerlingen er snel over uitgepraat. Tegenwoordig heet iedereen Sorryis geschikt voor zo’n bespreking, evenals de andere boeken die genomineerd zijn voor de Woutertje Pieterse Prijs.
  • DeVertel eens-aanpak werkt het best als je die regelmatig hanteert. Dan raken de leerlingen eraan gewend en gaan ze het leuk vinden om op ontdekkingsreis te gaan in andere boeken. Meer informatie in Aidan Chambers: Leespraat, Biblion 2012

Voor wie meer van Bart Moeyaert wil lezen

Bart Moeyaert debuteerde in 1983 op 19-jarige leeftijd met het liefdesverhaal Duet met valse noten (Prijs Vlaamse Kinder- en Jeugdjury 1984). Sindsdien bouwde hij, geïnspireerd door onder meer Aidan Chambers, een indrukwekkend en veel bekroond oeuvre op: proza en poëzie voor alle leeftijden, teksten voor toneel en muziektheater, waarbij hij regelmatig zelf op de planken staat. Hij blinkt uit in suggestieve taal, poëtische muzikaliteit, intensiteit van sfeer, een hang naar mysterie en de haarscherpe precisie waarmee hij gevoelens en relaties in weinig woorden weet op te roepen. In 2019 ontvangt hij voor zijn gehele oeuvre de Astrid Lindgren Memorial Award, ook wel de Nobelprijs voor de Jeugdliteratuur genoemd. Het is onmogelijk om hier een representatief beeld van zijn werk te geven. (Literatuur zonder leeftijdnr. 65, Winter 2014, themanummer over Bart Moeyaert, is een boeiende poging.) Wij beperken ons tot enkele titels:

Suzanne Dantine, Altiora Averbode 1989, 12+, geheel herzien als Wespennest (Querido 1993). Suzanne (14) woont met haar moeder, met wie ze geen goed contact heeft, in een dorp bij Brussel. Haar vader, die veearts was, is op haar zevende verjaardag (per ongeluk?) doodgeschoten door een herenboer. De sfeer in het dorp is broeierig, benauwd, en niet alleen door de zomerse hitte. De lezer leert de dorpscodes kennen en de dorpsbewoners met hun rauwheid, huichelarij en wreedheid. Iedereen kent elkaars geschiedenis; oude vetes laaien op. In deze opgekropte sfeer wordt het jaarlijkse Zomerfeest voorbereid en gevierd. De vrolijkheid is dwangmatig, onecht. De spanning ontlaadt zich en er vallen weer schoten. Moeder en dochter vinden elkaar, kunnen het niet meer uithouden in het dorp en verhuizen naar de stad. Beeldend geschreven jeugdroman met geladen toon.

Blote handen, illustraties Peter van Poppel, Querido 1995, 11+, Zilveren Griffel 1996, Boekenleeuw 1996, Deutsche Jugendliteratur Preis 1998. Op een koude, winderige oudejaarsdag hollen twee jongens van een jaar of elf een heuvel af, achtervolgd door een woedende boer met een plastic kunsthand. De ik-figuur, Ward, heeft een dode eend onder zijn jas. Het is de eend van de boer. Wie heeft die eend gedood? Het is alsof de lezer met een telelens inzoomt op de gebeurtenissen, zonder die scherp te krijgen: je voelt dat er iets heel erg mis is, maar je kunt slechts gissen naar wát precies. Geleidelijk worden brokstukjes van motieven en achtergronden onthuld. Pas op tweederde van het boek wordt duidelijk dat de dode eend het onbedoelde gevolg was van Wards wraakzucht. Hij denkt namelijk dat de gehate boer bij zijn alleenstaande moeder en hem en zijn zusje wil komen inwonen omdat die met Kerst bij hen gegeten heeft en stralend naar zijn moeder keek. Als lezer vermoed je dat hij was uitgenodigd omdat hij eenzaam is. Ward praat niet met zijn moeder, maar trekt zijn eigen conclusies, handelt daarnaar samen met zijn vriend Bernie, en zet zo een reeks gebeurtenissen in gang van wraak op wraak op wraak. Moeyaert schildert een samenleving waar nauwelijks gepraat wordt, maar veel opgepot en gefantaseerd. Zo ontstaat een explosieve sfeer waarin sommigen door het lint gaan. Het vuurwerk aan het eind van die oudejaarsdag is daarvan de metaforische climax die het hele dorp in lichterlaaie zet. Een weergaloze jeugdroman over het mysterie van de gesloten psyche die overkookt van de vooroordelen, een mysterie dat Moeyaert hanteert als literair begin- en eindpunt.

Broere, Querido 2000, 12+, ook voor volwassenen. Woutertje Pieterse Prijs 2001. In 2002 herdrukt met elf nieuwe verhalen plus cd. Verhalen met autobiografische trekken uit de jeugd van Bart Moeyaert, de jongste van zeven broers. De broers trekken veel gezamenlijk op, en halen ouderwets spannend kattenkwaad uit. Omdat geen van de broers een naam heeft, ze zich veelal uniform gedragen, en het gezin veilig, hecht, warm en harmonisch oogt, zouden ze gemakkelijk als een amorfe, homogene eenheid kunnen overkomen. Dat gebeurt niet. Steeds is de ene broer net iets handiger, sneller, wraakzuchtiger of leidinggevender dan de ander. De ondertitel wijst daar op: De oudste, de stilste, de echtste, de verste, de liefste, de snelste en ik. Opmerkelijk is dat de ik-figuur er vaak buiten staat omdat hij de jongste is (hij wordt zeven in het boek), tegen de anderen opkijkt, en graag wil kunnen wat zij ook kunnen. Moeyaert geeft vorm, stroomlijnt, stileert en laat het ontroerende van de voorvallen zien. Op zich zijn die niet bijzonder, maar de stijl van de auteur maakt ze bijzonder: droog, met een weldadig milde ironie, impliciet, en vaak in beeldende, suggestieve zinnen zonder een greintje sentiment of barokke overdaad:Af en toe viel er een vloek in de la.

Dani Bennoni – Lang zal hij leven, Querido 2004, 13+, Boekenwelp 2005, Nienke van Hichtumprijs 2006. Een Vlaams dorp, zomer 1939; toenemende oorlogsdreiging. Bing mist zijn grote broer die is opgeroepen voor het leger. Hij wil bij diens terugkeer een sterke broer zijn met wie hij kan voetballen. En Dani Bennoni, vriend van zijn broer en plaatselijke voetbalgrootheid, moet het hem leren. Maar die weigert, omdat hij vindt dat de tengere Bing het nooit zal leren. Dan beginnen Bing en zijn vriend Lenny een paar meisjes uit het dorp tegen Dani op te hitsen. Dat loopt uit  op een aframmeling van Bing door Dani, die nu ook de gevreesde envelop met oproep heeft ontvangen. Ieder gebaar en geluid, en elke sfeer, wordt trefzeker en met humor geobserveerd en gefileerd; dit maakt verlangens, angsten en onzekerheden des te krachtiger voelbaar.

Samen met musici:

Bart Moeyaert werkt veel samen met musici. Driemaal schreef hij op verzoek van het Nederlands Blazers Ensemble de tekst voor een muziektheaterproductie. In 2003 De Schepping,illustraties Wolf Erlbruch, (Querido, 10+), met muziek van Franz Joseph Haydn’s Die Schöpfung. Een hoogst originele bewerking van het scheppingsverhaal.Het boek kreeg de Boekenpauw, een Zilveren Griffel en Zilveren Penseel, en de Gouden Uil van de Jonge Lezer. Daarna Het paradijs,illustraties Wolf Erlbruch (Querido 2010, 14+), waarbij het NBE Die Jahreszeitenvan Haydn speelde. Ten slotte volgde De hemel, illustraties Gerda Dendooven, Querido 2015, 14+, waarbij het NBEDie sieben letzte Wörte unseres Erlösers am Kreuzevan Haydn speelde.

Luna van de boom, illustraties Gerda Dendooven, muziek Filip Bral, Pantalone 2000, 6+, Gouden Uil 2001. Muzikaal Slowaaks sprookje over een boom in de tuin van het koninklijk paleis die ’s nachts klokslag twaalf uur gouden appels krijgt. De twee oudste zoons van de koning proberen ze te plukken, maar door hun hebberigheid lukt het ze niet. De jongste zoon is niet hebberig. Dat levert hem niet alleen de gouden appels op maar ook de liefde van zijn leven. Fraai verzorgd boek met cd.

Op verzoek van Janine Jansen schreef Bart Moeyaert Iemands lief, illustraties Corneel Detailleur,Querido 2013, 13+,een ontroerende vrije bewerking van Histoire du soldatvan C.F. Ramuz, waarop Igor Strawinsky in 1918 zijn befaamde muziektheaterstuk baseerde. Op Youtube is de hele uitvoering te zien en te horen, gespeeld door Janine Jansen en zeven andere topmusici, en voorgedragen door Bart Moeyaert.

© Lieke van Duin & Jos van Hest

 

Naar boven