Koningskind – Lessuggesties 2021

De Woutertje Pieterse Prijs in de klas (en thuis) – Tips om de mooiste boeken van 2020 in te zetten

LESTIPS voor GROEP 8 van het BASISONDERWIJS en KLAS 1 van het VOORTGEZET ONDERWIJS

Voor wie zijn deze lestips?

Deze lessuggesties richten zich op het boek Koningskind van Selma Noort (Uitgeverij Leopold), een boek dat geschikt is voor kinderen vanaf 11 jaar. Deze lestips zijn bedoeld voor groep 8 van het basisonderwijs en klas 1 van het voortgezet onderwijs. Er is ook een pdf beschikbaar.

Koningskind van Selma Noort

Zissel is een meisje dat niet kan praten, maar ze ziet en begrijpt alles. Ze wordt geboren met een te kort armpje. Ze groeit op bij Lydia, haar moeder, die later is getrouwd met de oude Steenhouwer. Maar ze is een dochter van de beruchte koning Salomo. Als Zissel in de braamstruiken een jongetje vindt, dat ontsnapt is aan de slavernij, wordt Jabin haar broer. Ze ontwikkelen samen een geheimtaal via gebaren en een fluit. In de nacht dat haar moeder bevalt van hun babybroertje Menachem, bevalt er ook vlakbij een belangrijke jonge vrouw Bracha, die onderweg is naar haar man. Deze baby leeft niet. Er vindt een babywisseling plaats en Zissel wordt gedwongen mee te reizen. Het gezelschap weet echter niet dat Zissel de zus is van de baby, laat staan dat ze een dochter is van de koning. In Sion komt ze oog in oog te staan met haar biologische vader, koning Salomo. Een verhaal dat zich ongeveer drieduizend jaar geleden afspeelt in het huidige Israël.

Een boek over

  • twee kanten van een verhaal
  • anders communiceren
  • schijn en werkelijkheid
  • dilemma’s
  • overleven 

Werken aan verhaalbegrip en het ontwikkelen van literaire competentie

Het boek laat zich heerlijk voorlezen. De korte hoofdstukken, die beeldend zijn geschreven, zorgen ervoor dat je graag nog een extra hoofdstuk voorleest. Zo neem je de leerlingen mee in dit intrigerende verhaal waar veel in gebeurt.

In deze historische roman wordt een bekend verhaal vanuit een ander perspectief verteld. Niet koning Salomo staat centraal, maar de zus van de baby die is omgeruild. Zo ontdekken leerlingen dat verhalen verschillende kanten hebben. Ze kunnen zich goed inleven in de emoties van het hoofdpersonage doordat vanuit de verbazing van Zissel is geschreven.

Als er direct of indirect in de literatuur verwezen wordt naar andere teksten, spreken we van intertekstualiteit. Voor leerlingen met weinig leeservaring is het lastig om dit te herkennen. In Koningskind worden leerlingen juist meegenomen in de intertekstuele verwijzing naar het Bijbelverhaal van koning Salomo. Het boek begint en eindigt met Het bekende verhaal en Het onbekende verhaal. Bovendien legt Selma Noort in het nawoord uit dat Salomo niet alleen in de Bijbel voorkomt, maar ook in de Thora. En in de Koran staat hij bekend als Koning Suleyman of Sulaiman.

Eigen taal | Verwerking 1 [fragment p. 44-47]
Verhaalelement

Afb. Koningskind, p. 44

Jabin snijdt een fluit voor Zissel, zodat ze op die manier op afstand met elkaar kunnen communiceren.

Voorlezen
Lees p. 44 – 47 voor.

Anders communiceren
Ga na het voorlezen in op de bijzondere manier waarop Jabin en Zissel communiceren. Kunnen de leerlingen ook via een instrument met elkaar communiceren? Neem verschillende instrumenten mee, of laat leerlingen zelf instrumenten meenemen. Trommelen met de handen kan natuurlijk ook. Laat ze in groepjes van 4 eigen geheimtaal bedenken:

  • verzin zinnen die je tegen elkaar op afstand zou willen zeggen
  • bedenk daar een ritme of melodie voor
  • hou het simpel
  • voer daarna samen een dialoog

Laat vervolgens in elk groepje twee leerlingen een dialoog opvoeren met hun instrumenten of handen en laat de andere twee raden wat er is gezegd. Wissel daarna de rollen.

Nabespreken
Bespreek met elkaar hoe het was om met elkaar op een andere manier te communiceren. Communicatie via de fluit (en gebaren) speelt een belangrijke rol in het verdere verhaal. Ook in de volgende verwerkingsopdrachten komt dit naar voren.

Onderweg | Verwerking 2 [fragment p. 132-142]
Visualiseren

Het visualiseren van verhalen is een eerste stap om verhalen te beleven. Vanuit die beleving kunnen gespreksonderwerpen ontstaan waarbij leerlingen kunnen praten over hun leeservaring. Zo ontdekken leerlingen dat iedereen verhalen op een andere manier beleeft (Cornelissen, 2016, p. 324).

Gebruik de hoofdstukken Het fluiten van een herder en Zissels spel (p. 132-142) om de scènes te visualiseren. In dit fragment stopt het gezelschap omdat de baby moet drinken. Maar helaas lukt het de jonge Bracha niet om de baby te voeden. Zissel hoort de fluit van Jabin en gebaart hem dat hij net moet doen of zij doof is en hij haar bediende is.

Introductie
Voordat je het fragment voorleest, vraag je aan de leerlingen of ze tijdens het voorlezen er een film van in hun hoofd willen maken. Kunnen ze het voor zich zien?

Voorlezen
Lees het fragment (p. 132-142) voor. 

Tekenen
Vraag na het voorlezen of het gelukt is om er een film van te maken in hun hoofd. Probeer eventueel enkele leerlingen te laten vertellen wat ze voor zich zagen. Vraag dan of de leerlingen een fragment willen tekenen. Laat de namen achterop de tekeningen zetten en wissel de tekeningen uit.

Omschrijven
Laat een andere leerling achterop omschrijven welk fragment is getekend. En als iets niet duidelijk is kunnen er achterop de tekening ook vragen opgeschreven worden. Nodig een aantal leerlingen uit te vertellen wat zij bij de tekening hebben gezet en wat ze zelf hadden getekend.

Nabespreken
De verschillende tekeningen laten zien dat ieder een verhaal anders beleeft en ook andere zaken belangrijk vindt. Benadruk dit in de nabespreking.

Weg bij de koning | Verwerking 3 [fragment p. 213-225]
Creatief schrijven en belevend lezen 

In de hoofdstukken De taal van de fluit en Ongehoord (p. 213-225) ontdekt koning Salomo dat Zissel niet doof is, doordat ze de fluit van Jabin hoort. Het is een belangrijk moment in het verhaal. Dinah, de schoonzus van Bracha, probeert Zissel weg te houden van de koning.

Voorlezen
Lees het fragment (p. 213-225) voor.

Voorspellen
Ga na het voorlezen in gesprek over wat er gebeurt. Voor de koning is het nog onduidelijk waarom Dinah Zissel probeert weg te trekken. Hoe zal dit verder gaan? Kunnen de leerlingen hier zelf een einde voor bedenken?

Schrijf de personages die een rol spelen op het bord, zodat de leerlingen duidelijk voor ogen hebben wie er op het toneel is verschenen:

Koning Salomo / Lydia, echte moeder van baby Menachem / Zissel, dochter van Lydia en bastaarddochter van koning Salomo / baby Menachem / Jabin, geadopteerde broer van Zissel / Bracha, de zogenaamde moeder van de baby / Dinah, schoonzus van Bracha

Om ideeën te genereren voor leerlingen die dat moeilijk vinden, kun je eerst mogelijke varianten voor de afloop bespreken. Sommige leerlingen zullen het Salomonsoordeel wellicht kennen en dat naar voren brengen. Anderen komen misschien met hele andere wendingen in het verhaal.

Creatief schrijven
Laat ze daarna hun eigen afloop opschrijven. Vraag na het schrijven of de leerlingen elkaars verhaal willen lezen en van vragen en opbouwende feedback voorzien. Wat is nog niet duidelijk? Laat de leerlingen hun eigen verhaal vervolgens herschrijven/aanpassen.

Voorlezen
Wie wil zijn/haar verhaal voorlezen?
Na het voorlezen van verschillende verhalen, lees je het boek verder voor.

Meer lezen
Meer lezen over koning Salomo? Lees dan:

Bronnen

Deze lestips zijn ontwikkeld door Loes Reichenfeld in opdracht van de Stichting Woutertje Pieterse Prijs. Ze worden aangeboden dankzij de steun van de Brook Foundation en De Versterking.

© LEES met LOES en Stichting Woutertje Pieterse Prijs, 2021
www.leesmetloes.nl

Naar boven